Categorie archief: wij, journalisten

Afscheid en een nieuw begin

Op woensdag 29 maart neem ik afscheid bij El Periódico in Barcelona. Na 21 jaar in vaste dienst, eerst als sport-, Barça-, Tour de France- en Olympische verslaggever en sinds 2000 als algemeen verslaggever, onderzoeksjournalist en stadschroniqueur, lokt weer het onzekere maar tegelijk vrije bestaan van freelancer.

(Mijn vrienden mogen de volgende twee alinea’s overslaan, want die zijn zeer zakelijk en héél onbescheiden.)

Dat betekent dat ik vanaf nu niet meer zoveel (multimedia-)opdrachten zal weigeren of naar anderen zal afschuiven als in het verleden. Ik zal meer mobiel zijn – niet alleen in Spanje -, en niet vastgepind aan mijn werkdagen en -tijden bij El Periódico. Ik hoef geen vrije dagen meer op te nemen om mooie en mogelijk verre opdrachten uit te voeren.

Omdat de meeste van jullie mijn werk alleen regelmatig hebben kunnen volgen via mijn correspondentschappen voor het AD en de NOS-radio en -TV, waarvan verreweg het meeste op sportgebied, even een korte opsomming van de zeer uiteenlopende grote reportages die ik de laatste jaren in  en buiten Spanje voor El Periódico heb geschreven (met dank o.a. aan mijn beheersing van het Spaans, Catalaans, Engels, Frans, Duits, een beetje Italiaans en Portugees en ook nog steeds Nederlands): Berlijn ruim 10 jaar na de val van de Muur, rascistische onlusten in Almería en Elche, de erfenis van de textielindustrie, dood van Pim Fortuyn cq verkiezingen in NL, de aanslagen op de metro in Londen, moeder worden op je 40ste, wijntoerisme in de Priorat, wapenstilstand van ETA, Catalanen in Parijs, de ‘dood’ van het Italiaanse voetbal, sociale schetsen van Baskenland en Galicië vóór de verkiezingen, 30 jaar na de vliegramp op Tenerife, de vergeten graven uit de Burgeroorlog, reisreportages uit Nepal, Noorwegen, Sardinië, Jerez etc, de emoties van het stierenvechten, de geheimen van de Bilderberg-club, Maradona 50 jaar, de ‘gezichten’ van de werkloosheid, de arrestatie van Fritzl ‘het beest van Amstetten’, de economische crisis in Dubai, de aardbeving in Lorca, de olieramp in de Golf van Mexico, de sociale voorzieningen in Zweden… en een lang etcetera. Bij bijna al die reportages – net als die over de ‘roots’ van Máxima in Argentinië voor een special van het AD – maakte ik ook zelf de foto’s; de fotografen van El Periódico zijn me in de loop der jaren als één van hen gaan beschouwen en geen parasitaire stukjesschrijver die ook plaatjes schiet.

Daarnaast ben ik trots op mijn vijf non-fictie boeken (drie in het Nederlands, twee in het Spaans) en ben ik regelmatig met mijn krullekop op TV geweest, van Barend&Van Dorp, DWDD, Avondetappe en Nieuwsuur tot de Spaanse ‘Idols’ Operación Triunfo en talloze praatprogramma’s op de Catalaanse en Spaanse TV. Ook heb ik regelmatige bijdragen geleverd aan radioprogramma’s (NOS, KRO, NCRV, VARA, BNN, Cadena Ser, Catalunya Ràdio, RNE, Radio Marca).

(M’n vrienden mogen nu weer verder lezen.)

Tot zover het stukje CV. Ik ga gewoon proberen voor alles open te staan en zal tegelijkertijd proberen wat meer te genieten van het leven en meer kilometers op mijn Orbea-racefiets te maken. Plus eindelijk eens de indrukwekkende debuutroman schrijven die al 10 jaar in mijn hoofd zit. (Nu ik het opschrijf, weet ik niet of dit alles wel met elkaar te verenigen is.)

Ik heb er zin in. Vermoedelijk vond ik het tijd voor zo’n ingrijpende switch omdat ik op 12-12-12, negen dagen voor het Maja-einde van de wereld, 50 hoop te worden en nog geen zin heb een Harley Davidson te kopen.

Het gaat jullie goed. Mij zal het wel lukken, denk ik. Hoop ik.

Edwin.

hetbarcelonagevoel@ymail.com

 

Een onherkenbare Plaça de Catalunya

Ergens in de loop van deze week zal het tentenkamp verdwijnen. Tot dan is het centrale Plaça de Catalunya in Barcelona een dorp binnen de stad, een terrein dat voor de meeste toeristen die er langs komen totaal onherkenbaar is. De beweging van 15-M (15 mei), voortzetting op een betoging van Democracia Real Ya! (werkelijke democratie, nu!), heeft nu al drie weken dit plein en het nog belangrijker Puerta del Sol in Madrid in bezit. Vooral ’s avonds is het er meestal stervensdruk, wanneer de ellenlange assamblé’s plaatsvinden waarin besluiten wel of niet worden genomen – volledige democratie vergt enig geduld. Gisteren werd uiteindelijk besloten het tentenkamp in Barcelona in de loop van de week af te breken. Zelfs vooral jonge demonstranten worden moe van het slapen in tentjes, maar dat komt ook omdat er de laatste tijd steeds meer ongewenste elementen in het kamp overnachten. De idylle van het begin, de charme van die Spaanse lente en de Spaanse Tahrir-pleinen begint een beetje te verdwijnen, maar de beweging doet zijn best het vuur levend te houden.

Dus zijn ze ook, als het goed is, nog de hele zomer op het Plaça de Catalunya te zien, maar dan alleen overdag en met wat minder tenten. Ik zag de laatste dagen dat veel toeristen een beetje schrokken en liever een rondje om liepen; hoeft niet, het protest is tot nu toe volledig geweldloos verlopen en de grote meerderheid zijn jonge, moderne Spanjaarden die de huidige politiek helemaal zat zijn. Het enige geweld van de laatste weken kwam van de Catalaanse politie, die wel erg onnodig en hard op de demonstranten insloeg en zich voor de camera’s van talloze fotografen voor schut zette. De Catalaanse ‘minister’ van Binnenlandse Zaken, Felip Puig, zei maar dat de media het beeld hadden vertekend en slechts enkele foto’s afdrukten. El Periódico antwoordde door alle 140 gemaakte foto’s door zes van onze vaste fotografen op internet te zetten. Op geen daravan is te zien hoe, behalve 120 demonstranten, ook 34 agenten verwondingen zouden hebben opgelopen.

 

Een aardbeving op 700 km van huis

Lorca is zo’n stadje waar je altijd hard voorbij rijdt, halverwege tussen Valencia en Granada; geen tijd om te stoppen, geen zin ook om te ontdekken of er wel wat te ontdekken valt, ook al omdat het er in de zomer bloedheet moet zijn. Ben er nu drie volle dagen geweest, en zoals alle stadjes in Spanje heeft ook Lorca zijn charme, zijn barretjes, zijn monumenten, zijn oude straatjes, zijn mooie kerken en vooral zijn kasteel boven op de berg. Dat bestaat allemaal nog wel, maar is behoorlijk beschadigd. Geen van de 16 kerken is nog te betreden – morgen zijn er nergens missen – en het kasteel is gesloten, allemaal geteisterd door een aardbeving van 5,1 op de schaal van Richter. Dat leek niet zoveel, toen ik het in Barcelona las en direkt door mijna bazen bij El Periódico naar Lorca werd gestuurd, maar ter plekke bleek de impact toch behoorlijk groot, en niet alleen vanwege de negen dodelijke slachtoffers.

Bijna 80% van de gebouwen liepen min of meer schade op, en enkele duizenden mensen zullen voorlopig niet naar huis kunnen. Lorca ligt op de ‘spleet’ in de aarde die enkele jaren terug ook het Italiaanse l’Aquila teisterde; een actieve aardbevingstreek dus, maar dat bleef meestal beperkt tot enkele lichte trillingen. Tot woensdag dus. Dat maakte nog het meeste indruk, hoe de mensen vertelden wat ze hadden meegemaakt. Een hevig trillende aarde is uiterst beangstigend, je kunt soms zelfs niet blijven staan. Veel stoere mannen moesten huilen of kregen kippenvel als ze het verhaal nog eens vertelden.

Zorgen maak ik me niet, ondanks de kop boven deze post, maar tot woensdag had ik nooit gedacht dat ik ooit een dodelijke en verwoestende aardbeving ergens dichtbij in Spanje zou moeten verslaan.

Een ‘exclusieve’ Máxima-reis naar Argentinië

Nu het AD met een officieel persbericht is gekomen (zie hieronder), mag ik zelf ook eindelijk verklappen waarom ik begin april een dikke week in Argentinië was; de concurrentie ligt op de loer, dus zou het niet slim zijn geweest al weken tevoren victorie te kraaien, en zeker niet over een hype als de 40ste verjaardag van de prinses. Al is er de meeste, en terechte, lof voor Erwin Olaf, die Máxima urenlang mocht portretteren in de tuinen van paleis Noordeinde (de sessie duurde het dubbele van de oorspronkelijk geplande tijd), mag ik ook een aandeel in de exclusiviteit van deze glossy, die morgen bij het AD verkrijgbaar is, opeisen: voor het eerst, en voor het laatst, hebben de ouders van Máxima, Jorge en Maria, plus haar broer Martin, plus haar allerbeste jeugdvriendinnen uit Buenos Aires met een journalist willen praten. En zo ontstond er in dat prachtige land een mooi en betrouwbaar verhaal over de jeugd van het Argentijnse burgermeisje tot ze op haar 25ste naar New York vertrok. Zelfs bij de RVD vonden ze het opmerkelijk dat we in zo korte tijd zoveel mensen zo ver kregen om al het ruim 10 jaar durende zwijgen te doorbreken; een bewuste keus trouwens van alle betrokkenen, en niet nadat ze Máxima zelf hadden ingelicht en zij, denk ik, haar goedkeuring had gegeven. Waarschijnlijk had ze zelf ook veel zin in een mooi verjaardagscadeau.

Een klein tipje van de journalistieke sluier opgelicht: een heerlijke fles Argentijnse Malbec uit Mendoza in het restaurant Tinto Bistro van broer Martin in Villa la Angostura kan wonderen doen. En een anecdote: vroeger reed de hele familie Zorreguieta in de auto de 1.700 kilometer naar dit dorpje in Patagonië en overnachtten zij in een stadje dat Neuquen heet.

Hieronder het persbericht:

Prinses Máxima is ter gelegenheid van haar 40ste verjaardag volgende week, vereeuwigd in een bijzondere fotoreportage van Erwin Olaf. Het AD gaf de fotograaf opdracht voor deze fotoserie. De foto’s worden zaterdag 14 mei gepubliceerd in een speciaal magazine over de Prinses, dat alle AD-lezers gratis bij hun krant krijgen.

De fotoreportage werd eind april in en om Paleis Noordeinde gemaakt. In de reportage voor het AD heeft Olaf de Prinses op uiteenlopende manieren geportretteerd in een stijl die zijn foto’s uniek maakt.

Christiaan Ruesink, algemeen hoofdredacteur van het AD, is razend trots dat zijn krant voor deze bijzondere gelegenheid foto’s van Prinses Máxima mocht laten maken: ‘Wij wilden graag iets bijzonders doen voor haar 40ste verjaardag, een kroonjaar. We vinden het echt een eer dat we de beste fotograaf van Nederland, Erwin Olaf, wereldwijd bekend om zijn schitterende foto’s, hiervoor konden inschakelen. Over het resultaat zijn we zeer te spreken. Een mooi verjaardagscadeau van het AD aan de Prinses en aan onze lezers.’

Ook Erwin Olaf is opgetogen over het resultaat: ‘De Prinses is een bijzondere persoonlijkheid en ze is een aantrekkelijke vrouw. Dat is fotografisch heel interessant. Ik moet als ik door de camera kijk, steeds uitgaan van haar schoonheid. Erwin Olaf blijft verder discreet over de sessie op het paleis. De relatie tussen mij en iedere persoon die ik fotografeer, is privé. Want ik voel dat als een heel intense relatie. Steeds denk ik bij het fotograferen: dat iemand dit voor mij wil doen. Iedereen is ook altijd moe aan het einde van iedere sessie. De zes medewerkers van mijn studio, het model en ikzelf. Als ik niet moe ben, is het gewoon niet goed geweest.’

Het AD Máxima Magazine verschijnt zaterdag 14 mei in een oplage van ruim 600.000 exemplaren bij het AD. Alle abonnees krijgen het magazine thuisbezorgd. Daarnaast is het bijgevoegd bij alle exemplaren in de losse verkoop. De glossy van 68 pagina’s biedt behalve veel kijkplezier ook leesgenot, bijvoorbeeld een interview met de ouders van Prinses Máxima, die voor het eerst met een Nederlandse krant hebben gesproken. Daarnaast blikt de krant terug op de afgelopen tien jaar van Prinses Máxima in Nederland, komen vijf vrouwen aan het woord die op dezelfde dag als Prinses Máxima zijn geboren, blikt Daphne Deckers (nu 42) terug naar haar 40ste levensjaar en vertellen vijf actrices, waaronder Loes Haverkort en Hadewych Minis, over hun ervaringen als Prinses Máxima.

TV-manipulatie van de overtreding Pepe-Alves?

Dan toch maar geplaatst, want de bewijzen cq twijfels stapelen zich op. Een voorbeeld van hoe ver de gekte rond Real-Barça hier in Spanje zelfs de journalistiek volledig in de war maakt. De ultraconservatieve zender Intereconomia, met het goedbekeken pro-Madrid voetbalprogramma Punto Pelota, zou de slowmotion-beelden van de overtreding van Pepe op Alves hebben gemanipuleerd, door in één videoframe het been van Pepe ‘in te korten’ en hem zo vrij te pleiten van die rode kaart, beelden die Real Madrid bovendien naar de UEFA heeft gestuurd. Kan dat, zo spelen met videobeelden? Geen idee. Maar het debat is er, op straat, op TV en op internet. Oordeel zelf. of verbaas je gewoon een beetje, over die hysterie. (Boven een still, hieronder bewegend ‘bewijs’.)

Vanachter de bar verdeelde hij 180 miljoen…

Dit is José, Joselito voor zijn vrienden. 44 jaar. En vandaag verreweg de gelukkigste man van Spanje. De populairste kroegbaas van het land. Zoals elk jaar had José voor flink wat geld ritsen loten met hetzelfde nummer voor de Kerstloterij gekocht. Liefst voor 12.000 euro kocht hij in, 60 series van 10 loten van één nummer, 79.250, om (zonder winst of toeslag) aan zijn vaste klanten door te verkopen. Elk lot van 20 euro bracht de winnaar 300.000 euro op, dus verspreidde José vanachter de bar liefst 180 miljoen euro aan prijzengeld aan minimaal 600 vaste klanten… Het blijft het leukste van deze prijs, de Gordo, dat er niet een miljoenenbedrag naar één iemand gaat, maar drie ton naar belachelijk veel dolgelukkige mensen.

Ik dus, zoals bijna elk jaar, weer op weg naar het dorp van de winnaars, dit keer het voorstadje Pallejà, op zo’n 15 km van Barcelona, waar José al jaren zijn bar, Nuevo Maldonado, heeft. De oude Maldonado bestaat ook, en is van zijn oom. Maldonado is hun achternaam. Wij journalisten schrijven meestal over nieuws, en vaak is dat geen goed nieuws. En al is die Kerstloterij elk jaar weer hetzelfde, met dezelfde taferelen, dezelfde spuitende champagne en dezelfde uitspraken, je wordt er in ieder geval vrolijk van, temidden van nóg vrolijker mensen. Feel good news.

En die van vanochtend was denk ik de vrolijkste viering die ik ooit heb meegemaakt. Alsof alle winnaars waren komen opdagen; veel arbeiders die hun werk even in de steek hadden gelaten om te komen vieren. Veel werklozen ook. Het is geen rijk stadje, Pallejà, ingeklemd tussen snelwegen en treinsporen en industrieën. Iedereen kuste elkaar, omhelsde elkaar, schreeuwde naar elkaar. De champagne was snel op, de voorraad bier ging er anderhalf uur later helemaal doorheen. Mensen die geen WW-uitkering noch bijslag meer ontvangen, sommigen die op het punt stonden hun huis uit te worden gezet omdat ze de hypotheek niet meer konden betalen, jongelui die zojuist op de onmogelijke Spaanse arbeidsmarkt verdwaald waren geraakt… Drie ton doen heel goed.

Pallejà is vandaag in één klap 180 miljoen euro rijker. En José, zo vertelde hij, had nog nooit van zijn leven zo enorm moeten huilen.

Man op de maan

Een andere Edwin, Buzz Aldrin, was ooit de tweede man op de maan (erg moet dat zijn, net niet de eerste mogen zijn, Neil Armstrong voor eeuwig beroemd en jij veel minder – Aldrin heeft er altijd last van gehad, hoewel het nóg erger was voor de derde man, Michael Collins, die in de Apollo moest blijven), ik mag komende week vijf dagen als eerste van dit seizoen ‘man op de maan’ spelen bij De Wereld Draait Door. Stelt natuurlijk niks voor, vijf keer 20 seconds of fame, de tijd waarin ik vanuit het snikhete Olympisch stadion van Montjuïc mijn aankondiging moest doen voor de vijf mooiste, leukste en/of beste sportmomenten uit de Spaanse geschiedenis na wéér een Spaanse sportzomer.

Kies die maar even. Redacteur Bas Schurink kwam ook met suggesties en zo hebben we uiteindelijk een top-8 kunnen samenstellen, want je moet ook wat reserve’s hebben. Twee gaan er in ieder geval niet mee, waaronder bovenstaande Wimbledon-finale van 2008, de mooiste en langste finale ooit op dat gras, tussen Nadal en Federer. Noch een zege van Seve Ballesteros in de British Open van 1978, de eerste internationale Spaanse sportheld ná Franco. Heeft o.a. te maken met de (dure) rechten van die fragmenten. Wat wél mee gaat, ga ik niet zeggen, natuurlijk, maar het zijn niet alleen mooie overwinningen… Het moet, voor een programma als DWDD, vooral in een minuutje (20 seconden lullen, 40 seconden kijken) flítsend blijven, een kleine apotheose hebben. En een mooi verhaal erachter.

De Martin Bril van Barcelona

Het (voor)laatste ego-document, voorlopig, want anders lopen al mijn lezers weg. Eentje met ook nog eens een wel erg opschepperige kop. Maar een beetje bluffen kan geen kwaad. En een beetje ambitie ook niet. Wat voor een ambitie? Niet hogerop komen, dat doen anderen wel (zowel mijn nieuwe hoofdredacteur bij El Periódico als de net benoemde van het AD is pas 40 jaar, beide een stuk jonger dus), maar een andere ambitie: zo goed mogelijk proberen te schrijven. En zo veel mogelijk lezers proberen te trekken, misschien ook onder de Nederlandse kolonie in Barcelona, hoewel onze consuls en ondernemers liever de traditionele La Vanguardia lezen. Maar je weet nooit.

Maandag begint mijn nieuwe taak bij de krant. Eigen idee: voor Martin Bril spelen. Chroniqueur (staat wel zo sjiek, met ch en q) van Barcelona worden. Cronista, noemen we dat hier. Vier keer per week de stad vangen in een lange column, een kroniek. Het dagelijkse leven, de mensen op straat, de verhalen die er toe doen. De stad is groot, zo groot, en herbergt zo onwaarschijnlijk veel verhalen. Soms hoef je ze niet eens te horen, kun je ze gewoon zién. Observeren en dat in detail beschrijven. Dat wat Bril zo goed kon. Ga hem natuurlijk niet evenaren, maar omdat dat van mij in het Spaans is is het gelukkig toch niet te vergelijken. En al kun je in het Spaans geen mooie woorden als ‘rokjesdag’ verzinnen, het vocubalaire is groot genoeg voor een mooi stuk – zal er wel wat nieuwe woorden moeten gaan bijleren. Maar ik ga ook nog een stukje vérder dan wijlen Bril: datzelfde verhaal ook in mijn eigen foto vangen. Neem die hierboven, gisteren gemaakt, tijdens een verkenningstocht op de fiets. Ontdek je altijd wat nieuws, zoals deze arbeidershuisjes in de Carrer del Clot, eind 19e eeuw, met de hypermoderne Torre Agbar op de achtergrond. En ben deze drie mensen op de foto gevolgd, naar de bar op de hoek. Stiekem naar hun vreemde verhaal geluisterd. Kan een mooie column worden, dus.

In de portretten over Martin Bril kwam ik vaak dezelfde naam tegen, de man die hij als zijn voorbeeld beschouwde. O. B. White, chroniqueur van New York. Direct zijn boekje besteld, natuurlijk. Geschreven in de zomer van 1949, een essay van nog geen 50 pagina’s, met een onwaarschijnlijke voorspelling trouwens. O. B. White ziet de eerste vliegtuigen boven Manhatten: “The city, for the first time in its long history, is destructible. A single flight of planes no bigger than a wedge of geese can quickly end this island fantasy, burn the towers, crumble the bridges, turn the underground passages into lethal chambers, cremate the millions. The intimation of mortality is part of New York now; in the sounds of jets overhead, in the black headlines of the latest editions.” Nogmaals, dit schreef hij in 1949…

Bril had gelijk, de man schreef prachtig. Ik probeerde het laatst een beetje, in El Periódico, over de heetste dag ooit in de stad, maar bleef er nog mijlenver van verwijderd. “Como si tuviese el desierto del Sáhara al otro lado de Collserola, un extraño aire abrasador agarró ayer a Barcelona por el cuello, le secó los ojos y le cortó la respiración. Se posó sobre la ciudad un calor diferente, nada mediterráneo. Calor del desierto, de la meseta, del sur.” (En er nou geen vertaalmachine van google of zo op loslaten, want dat verpest alles weer.)

Afijn, dat allemaal gaan we dus proberen, voorlopig elke zondag, maandag, woensdag en vrijdag. Schrijver Joan Barril neemt de andere drie dagen voor zijn rekening, maar we zullen ook wel eens van dag wisselen. Moeten we dus ook nog een beetje tegen elkaar op-schrijven dus, zoals Campert en Mulder lange tijd op de voorpagina van de Volkskrant. Komt de kwaliteit alleen maar ten goede, hopen we. En moet vooral de lezers bekoren, want daar doen we het voor. Altijd.

Hittegolf eind augustus

Dit is de komende week de verwachting voor een dorpje in het binnenland van Catalonië, bij Lleida in de buurt. Je zou er nu niet willen wonen, vooral omdat er geen zee in de buurt is, én omdat het deze dagen de warmste steek is, samen trouwens met het achterland van de Costa Brava. Terwijl Nederland de natste augustus sinds tijden krijgt, wordt het hier de warmste augustus sinds 30 jaar, zo hebben de meteorologen al voorspeld. De zon hakt erin, maar we gaan niet klagen, al kom ik net verbrand terug van opname’s voor De Wereld Draait Door (DWDD), waarover volgende week misschien meer. Twee uur in het Olympisch stadion van Montjuïc in de zon gestaan; foutje. En niet gedacht dat ik aan het einde van de zomer nog zo zou verbranden. (Hoop dat ik er op TV een beetje bruin op sta, en niet vuurrood.)

Traditioneel, wordt altijd gezegd, is juli in en rond Barcelona altijd heter dan augustus. Maar omdat de zomer dan meestal al lang duurt heb je in augustus altijd het idee dat het nóg warmer is, ook al omdat de stad leger is, iedereen de schaduw in is gevlucht, of de airco van thuis, de winkel of het kantoor heeft opgezocht. Een schaduw waar het vandaag trouwens aangenaam lunchen was, gewoon een menuutje bij ene Casa Miranda (geen hoerentent, gewoon een stokoud restaurantje in de Eixample), met voorafjes (gazpacho, arroz a la cubana – witte rijst met tomatensaus en een gebakken ei), vlees (churrasco en biefstukje), nagerechte (appel uit de oven, crema catalana), twee biertjes de man, plus elk een koffie, 35,90 euro…

En dat zullen we voorlopig nog minimaal een week kunnen blijven doen. Het wordt zelfs heter, ook hier aan de kust, met een bries uit Afrika.

Radio na middernacht

De jeugd doet het iets minder, maar er zijn veel Spaanse mannen vanaf een jaar of vijftig die al jarenlang ’s avonds met een radiootje aan – of een oortelefoontje in – in bed gaan liggen. Het is dan net over twaalven, en op vijf of zes verschillende zenders beginnen dan de sportpraatprogramma’s, of beter gezegd voetbal talk radio. Ik vond het maar een vreemd fenomeen; wie ging er nou tot één uur, half twee ’s nachts naar mannen over voetbal luisteren? Dat was wel vér vóór de tijd dat in Nederland zulke programma’s op TV kwamen; sterker nog: de uitvinders ervan in Hilversum, Barend&Van Dorp, deden het idee voor hun trucje op in Spanje.

Vreemd dus, tot ik zelf één of twee keer per maand ging aanzitten bij de mensen van Catalunya Ràdio. Tertulia noemen ze dat hier. Je kennis (of géén kennis) de ether in slingeren, interessant doen, je mening ventileren. ik werd er vaak op aangesproken, mensen gingen je stemgeluid en accent herkennen, slagers en timmerlieden die, zonder je ooit gezien te hebben, vroegen of je die Winkels was. Bleken dit soort programma’s, over heel Spanje gemeten, miljoenen luisteraars te hebben, met El larguero van de SER aks grootste, al was dat vroeger driftkop José María García van de concurrende COPE. Mensen zapten zelfs van het ene naar het andere station.

Gisteren was ik weer even terug, na een jaar of 10, in de nachtelijke studio van Catalunya Ràdio, aan de Diagonal. Buiten liep de jeugd dronken te zijn, binnen deden wij interessant over, onder anderen, het WK en het Nederlands elftal. En tienduizenden mensen die er naar luisterden…