Tagarchief: camp nou

Begraafplaats in het Camp Nou

Trouwen kun je al in het Camp Nou, maar binnenkort kun je er ook je eeuwige rust vinden. Zelf ben ik al een tijd geleden gestopt met het regelmatig bezoeken van wedstrijden, ook al speelt Barça wonderschoon; als je voor je werk honderden, misschien wel duizenden wedstrijden hebt bezocht en verslagen, is het op een gegeven moment wel genoeg. Er zijn ook andere geneugten in het leven. Maar er zijn mensen die er nooit genoeg van kunnen krijgen, op vakantie allerlei stadions bezoeken, en er voor altijd begraven willen worden. Bij Betis Sevilla kwam een supporter maandenlang met de as van zijn overleden vader, óók Betis-fanaat, tot de club hem maar aanbod de urn ergens in het stadion onder te brengen.

Dat gaat Barça ook doen. De club, die net als alle anderen geld nodig heeft, vangt sowieso 6 miljoen euro van het bureau GM Sports voor het bouwen en beheren van een soort ‘memorial’, een ruimte in het Camp Nou waar urnen met as van overledenen kunnen worden bijgezet. Ook een deel van de opbrengsten zal naar de club gaan. Niet iedereen zal er trouwens een definitieve rustplaats kunnen bemachtigen: alleen oud-spelers en socio’s krijgen dat recht.

P.S. Vanavond hoopt het Camp Nou live de sportieve ‘begrafenis’ van José Mourinho mee te maken, maar dat is dus heel wat anders.

P.S.2 De foto hierboven is van een campagne in de metro tegen bedrijfsongevallen; een hele wand met zeer realistische foto’s.

Messi, Iniesta en Xavi: de Barça-jeugd

Leo Messi, Xavi Hernández en Andrés Iniesta staan vanavond op een podium in Zürich waar één van hen tot de beste voetballer van de wereld zal worden uitgeroepen. Alle drie kwamen ze op zeer jeugdige leeftijd in het jeugdinternaat van FC Barcelona terecht. Het geheim van de Masia, een reportage vandaag uit het AD. (En voor wie liever beelden ziet dan een aardig verhaal leest: prachtige highlights van de drie uit de laatste Barça-Real, 5-0. Geeft ook een goed beeld hoe die memorabele afdroger verliep:

EDWIN WINKELS

 Ergens op de muur van één van de WC’s van de Masia heeft een voetballertje een leus geschreven. Of was het misschien één van de trainers? ,,Voetbal is niet te koop,” staat er. Zestig jonge sporters tussen de 11 en 17 jaar, waarvan 48 voetballers, kunnen het elke dag lezen. En dan kijken ze het raam uit, naar de hoge muren van het Camp Nou op nog geen 100 meter afstand, en weten ze dat dat waar kan zijn, dat je goed voetbal zelf kunt maken, en niet alleen kopen.

Acht van de elf basisspelers van FC Barcelona die eind november de bijeen gekochte aartsrivaal Real Madrid met 5-0 verpletterden komen uit de eigen jeugd, net als trainers Pep Guardiola en zijn assistent Tito Vilanova; de meesten brachten zelf jaren op de Masia, het jeugdinternaat in een oude Catalaanse boerderij uit 1702 door. Acht waren ook de jongens uit die Barça-school die in Zuid-Afrika wereldkampioen met Spanje werden.

Soms gaan doelman Victor Valdés en Andrés Iniesta, auteur van het winnende WK-doelpunt en vanavond mogelijk gekozen tot beste voetballer ter wereld, op bezoek bij de Masia. Valdés: ,,Zo kunnen die jochies zien dat ze wel degelijk hun droom kunnen verwezenlijken, net zoals wij dat hebben gedaan.” Iniesta: ,,En zo zien ze tegelijk dat wij helemaal niet van een andere planeet komen, maar dat we zijn zoals zij.”

Alle spelers die er jaren doorbrachten zeggen dat je een verblijf op de Masia nooit meer vergeet, zeker niet als dat uiteindelijk leidt tot een debuut in het grote Barça. Iets wat niet eenvoudig is. Volgens statistieken die Barcelona hanteert komt zo’n 10% van de jeugdspelers ooit in het eerste elftal terecht en 30 tot 40% wordt ergens anders profvoetballer. De rest valt af, op de lange zware weg naar een voetbalcarrière.

Alle illustere Masia-bewoners zeggen ze ook dat ze in de beginperiode vreselijk moesten huilen, jongetjes van 12 die het ouderlijk huis, soms ver weg, verlieten. Iniesta kwam uit Fuentealbilla, in het zuiden, Arsenal-ster Cesc Fàbregas van de Costa Brava, Guardiola en Puyol uit dorpjes in de Catalaanse binnenlanden.

Guillermo Amor kwam uit Benidorm: ,,Ik heb de eerste maanden alleen maar gehuild, miste mijn familie, miste mijn stad, mijn vriendjes. Het was zwaar. Ik weet niet of ik het één van mijn kinderen zou aandoen.” En dat zegt de oud-speler die nu de directeur van het jeugdvoetbal van FC Barcelona is.

Maar hij staat volledig achter hoe de club die jongens opleidt, “niet alleen als voetballers, maar vooral ook als mensen.” ’s Morgens gaan ze allemaal naar school, ’s middags is er de training en eventueel bijles. De trainers van de jeugd beschouwen zich niet als zodanig, zien zich meer als onderwijzers en tweede vaders. Ze leren de jongens te leven, te genieten, te spelen. Ze leren hen niet te winnen.

 Amor is uit de tijd dat de Masia ineens enorm tot bloei kwam, kort na de komst van Johan Cruijff als trainer, in 1988. Voorzitter Josep Lluís Núñez had het internaat in 1979 opgericht, na een grondige verbouwing van de oude boerderij die op het grondgebied van Barça stond. De ervaren Oriol Tort, in 1999 op 70-jarige leeftijd overleden, kreeg er de leiding en liet scouts heel Spanje afstruinen op zoek naar talent. Hijzelf ontdekte Guardiola en Xavi.

De ‘opa’, zoals ze hem op de club noemden, was al negen jaar aan het zwoegen, met veel weerstand van de hoofdtrainers van de club, toen Cruijff zijn redding bleek. De Amsterdammer wilde net als bij Ajax de volledige jeugdopleiding op één lijn hebben. ,,We voetbalden hier al zoals ze bij Ajax ook deden, een 4-3-3, maar onder Cruijff kregen de jongens uit de jeugd eindelijk kans heel vroeg in het eerste te debuteren,” vertelde Tort eens. ,,Het was vroeger triest om te zien dat jongens als Calderé en Rojo pas na hun 25ste in het eerste terechtkwamen. Onder Cruijff was dat nooit gebeurd.”

Cruijff was ook de uitvinder van de ‘vier’, de spelverdeler die het brein van zijn dream team werd. Eerst Milla, daarna Amor, en vervolgens Guardiola, nu de voortzetter van het werk van de Nederlandse ‘profeet’. Beide, Cruijff en Guardiola, vinden ook dat spelers niet groot en sterk hoeven te zijn, net als de oude en wijze Laureano Ruiz, na de dood van Tort de absolute peetvader van de jeugdopleiding van Barça.

 Messi, Xavi en Iniesta, vanavond de drie van Zürich, zijn niet langer dan 170 centimeter. Maar ze zijn snel, in spel en in denkwerk, en ongelooflijk technisch. En vooral goede ploegmakkers, altijd denkend aan het collectief. ,,Ze zijn vooral heel erg goede personen, heerlijke jongens. Gunnen elkaar die Gouden Bal. Met de selectie van talenten kijken we ook daar naar, naar het karakter,” aldus Laureano Ruiz.

 De 73-jarige Ruiz zal vandaag in één van de twee chartervliegtuigen richting Zürich reizen. Het Barça-bestuur beschouwt de gezamenlijke kroning van Messi, Xavi en Iniesta als een erkenning voor een model, een manier van werken, een filosofie en wil de trainers uit de jeudgopleiding bij het feest betrekken.

Volgend jaar gaat de boerderij dicht, opent Barça een moderner internaat op zijn trainingscomplex buiten de stad, met plaats voor 80 talenten. Meer dan 500 voetballertjes hebben in die ruim dertig jaar op de Masia gewoond, hebben er geleefd, zijn er opgegroeid. Mensen geworden. Messi uit Rosario (Argentinië), Xavi uit Terrassa, een voorstad van Barcelona, en Iniesta uit Fuentealbilla, bij Albacete, kwamen er op hun twaalfde, dertiende terecht. Voor Xavi is dat al meer dan 17 jaar geleden, een eeuwigheid.

,,Ik weet nog dat ze me, toen ik twaalf was, thuis opbelden en tegen mijn vader zeiden dat we naar de Masia moesten komen, voor een test. Een droom, alleen al die testwedstrijd. Ik kon de hele nacht niet slapen van de zenuwen,” herinnert Xavi zich nu, aan het voorlopige einde van een lange, soms loodzware en kostbare weg.

Barça-Real, 5-0… Opnieuw

De 4-0 was mooi, maar die vijfde móest komen. Una manita, noemen ze dat hier. Een handvol doelpunten. Piqué – Piquenbauer voor de Catalanen – stak die hand op, in de 92ste minuut. Het publiek volgde zijn gebaar.

Het was weer een memorabele avond in het Camp Nou. Elke gouden ploeg van Barcelona moet eens zo’n 5-0 tegen Real meemaken. Johan Cruijff en zijn kompanen deden dat in februari 1974, ín Madrid zelfs. Cruijff als trainer deed het 20 jaar later nog eens over, in eigen stadion, met een magistrale Romário in dat dream team. En nu heeft Guardiola ook zijn 5-0, al had hij al de ultieme 2-6 van anderhalf jaar terug in het Bernabéu. “We koesteren de erfenis van Cruijff,” zei Guardiola na afloop.

We waren erbij, natuurlijk, in het Camp Nou, want sommige wedstrijden wil je nooit missen. Bovendien moest er gewerkt worden: een verslag voor het AD, dat 20 minuten voor het einde van de wedstrijd naar de redactie gemaild moest worden, om de deadline te halen en de lezers enkele uren later te informeren. Bij een 4-0 stand, gelukkig, dus eenvoudiger te schrijven dan bij 1-1. Hierbij het originele stuk, dus zónder de 5-0 van Jeffren en de rode kaart voor Ramos wegens een schandalige tackle op Messi… (En om de lezers een idee te geven hoe knap het toch is van al die voetbalverslaggevers van ochtendkranten, om onder een enorme tijdsdruk een stukje te produceren waarin niet al te veel grote fouten staan.) Hoop dat ze op de krant die laatste details keurig hebben toegevoegd, maar dat zal wel.

BARCELONA – Hard, vernederend hard viel Real Madrid gisteren van de troon die het zich al aan de kop van de Primera División had geschapen. Een wonderschone exhibitie in het Camp Nou bracht Barcelona in extase, om een nieuwe historische uitslag aan zijn clásicos toe te voegen: 4-0.

 EDWIN WINKELS

 Wonderdokter José Mourinho heeft wat meer tijd nodig om zijn Real Madrid op het duizelingwekkend hoge niveau van FC Barcelona te krijgen. Op een regenachtige avond stond er gisteren geen maat op de balkunstenaars uit het Camp Nou. In een wervelende voetbalshow maakten de blaugranas van Pep Guardiola duidelijk dat in het duel tussen de twee beste ploegen te wereld er één nog altijd veel beter dan de ander is.

De socio’s geloofden hun ogen niet. Zij hadden gevreesd voor een herboren Real, de trucs van Mourinho, het einde van een reeks van vier overwinningen op de aartsrivaal. Maar na de 2-6 in het Bernabéu van anderhalf jaar geleden mochten de blancos een nieuwe vernedering ondergaan.

Elk seizoen weer wordt de clásico door de hysterische sportkranten en steeds voetbalgekkere TV-journaals in Spanje als ‘de wedstrijd van de eeuw’ bestempeld, maar gisteren had iedereen vooraf het idee dat dit werkelijk een heel bijzondere editie was, met de twee, op dit moment, best voetballende ploegen vol wereldkampioenen en Gouden Bal-kandidaten.

Twee wereldploegen met een eigen stijl. Barça met, in de basis, acht spelers uit de eigen jeugd, Real met een, op Casillas na, bijeengekochte ploeg. Pep Guardiola voorzag een voorspelbare wedstrijd. Niet wat het scoreverloop betreft, wel het spelbeeld. ,,Wij vallen aan, Real speelt op de counter. Er is geen ploeg in de wereld die beter op de counter speelt als Madrid,” zei de Barça-coach vooraf, ongetwijfeld terugdenkend hoe Mourinho hem, via die tegenaanval, vorig seizoen met Inter Milaan te grazen nam.

En zo ging het, maar zonder dat dit Real op Inter leek. De opening gaf precies het beeld dat Guardiola had voorspeld, echter met een veel groter verschil in de krachtsverhoudingen dan verwacht. Zijn ingespeelde Barça stond mijlenver voor op een Real in opbouw. Waar zijn eigen ploeg het eigen spel om een onwaarschijnlijk hoog niveau uitvoerde, kon Real maar sporadisch uit het blauwpaarse web ontsnappen. Het benutte alleen niet de twee kansjes die het via zo’n gevreesde counter kreeg.

Barcelona deed dat wel. Het had aanvankelijk niet eens Messi, die al na vijf minuten de bal uit een onmogelijke hoek op de paal lobde, nodig om de wedstrijd al binnen 18 minuten te beslissen, of in ieder geval een levensgrote stap in de richting van de zege te zetten. De vlijmscherpe passes, prachtige eentweetjes en onwaarschijnlijke driehoeken die op het licht natte veld werden geweven eindigden in twee verdiende doelpunten.

Eerst was het na negen minuten Iniesta die zijn voetballende tweelingbroer Xavi haarscherp en keihard in het strafschopgebied aanspeelde. Na de verbijsterde verdediging had ook Casillas het nakijken. Nog eens negen minuten later ging Villa eenvoudig Ramos aan de achterlijn voorbij en kon Pedro zijn harde voorzet intikken. Zelfs die 2-0 leidde niet onmiddelijk tot een reactie van Real, dat verzoop in de zeeën van ruimte die Barça voor zichzelf creëerde.

Pas toen de bezoekers na een half uur het conflict gingen opzoeken, met een duw van Ronaldo tegen coach Guardiola en een halve elleboog van Carvalho op Messi leken zij Barcelona even van slag te kunnen brengen. Er vielen viif gele kaarten in vijf minuten, maar in de rust kon Guardiola zijn spelers er oogenschijnlijk van overtuigen vooral weer te gaan doen wat zij zo onwaarschijnlijk goed kunnen, voetballen. Dat leidde binnen elf minuten tot de 3-0 en 4-0 van een Villa, die op twee splijtende passes van Messi op het nippertje aan buitenspel ontsnapte en de Real-defensie voor de zoveelste maal belachelijk maakte.

Anoniem in de massa

Op dit moment, dat van de foto, net voor zeven uur op een aangename zondagavond, was het nog leuk. Meer dan 98.000 mensen verdeeld over de drie imposante ringen van het Camp Nou om Barça kampioen te zien worden. Het werd 4-0 tegen het arme, daardoor degraderende Valladolid, en het feest kon beginnen.

Dat was ook nog leuk. Een beetje langdradig, maar geen moment van irritatie, geen spoortje van geweld, geen geur van incidenten. De bijna 100.000 mensen gingen vrolijk weg, misschien de stad in, waar op en rond het Plaça de Catalunya 40.000 anderen, die niet naar het stadion waren geweest, al aan het feestvieren waren.

Feest?

Ja, heel even, misschien twee uurtjes. Toen gebeurde hetzelfde als alle jaren… De politie kent ze wel, raddraaiers die de anonimiteit van een feestende massa gebruiken om vernielingen aan te richten, winkels te plunderen, van alles en nog wat in brand te steken, motoren en fietsen om te gooien. Gisteren wachtten ze niet eens tot middernacht. Al vanaf een uur of negen ging de vlam erin en werd de Mobiele Eeenheid van de Mossos met gebroken flessen bekogeld. Sinistere balans voor een avondje feesten: 104 gearresteerden en 119 lichtgewonden, waaronder 32 politieagenten. Veel van die Mossos waren trouwens niet als zodanig herkenbaar: opnieuw bleken Barça-shirtjes, capuchonnen en andere onruststoker-achtige kleding de perfecte vermomming voor de mannen in burger om die arrestaties uit te voeren. Probleem is natuurlijk dat je het ene kamp niet meer van het andere onderscheidt.

Messi, Messi, Messi, Messi

Zag ‘m dik een uurtje voor de wedstrijd voorbij komen, één van de mannen van Barça die uit de bus naar de kleedkamer gingen. Een kort knikje als groet. Hij wist nog niet wat hij even later ging doen. Of wel. Zich vermaken, zoals hij als klein jochie altijd heeft gedaan. De straat, het trapveldje, de grasmat van het Camp Nou. Het maakt Lionel Messi allemaal niet uit. Voetbal is gewoon leuk, en tegenstanders, ook die van Arsenal, zijn er om uit te spelen, voorbij te dribbelen. Een memorabele avond. En iedereen heeft het erover. De VARA-radio belde al om 7.10 uur vanochtend, de Belgische Radio 1 volgde wat later. En vanavond eventjes bij De Wereld Draait Door, met de heren Spaan en Mulder. Een vliegreisje voor five minutes of fame.  Voor Messi.

U2 en de inspiratie van Gaudí

u2

De ene koning van de pop gaat dood, vele anderen zijn springlevend. Ik dacht er eerst niet naar toe te gaan, omdat er héél lange rijen stonden en internet op hol sloeg – 80.000 kaartjes werden verkocht in 54 minuten -, totdat er vanmiddag plots wat extra kaarten vrijkwamen voor de wereldpremière van de nieuwe concertreeks van U2, dinsdag in het Camp Nou. Op de website aangeklikt en binnen 3 minuten een paar kaartjes, voor op het veld: 55 euro en, zoals het er nu naar uitziet, héél dichtbij staan, in plaats van 135 euro voor een zitplaats… (Voordeel van Nederlanders bij concerten in Spanje: je bent altijd langer dan degenen die voor je staan.)

P1010919

Het  moet een heel mooie start van de No line on the horizon-tour worden. Bono, The Edge en hun maatjes zijn al twee weken in Barcelona om te oefenen, repeteren, inspiratie op te doen. Ze worden regelmatig in de stad gesignaleerd, maar zijn vooral urenlang in het stadion van FC Barcelona bezig op een revolutionair 360º podium. Bono wilde het beste geluid ooit bij een concert gehoord, zonder dat alle versterkers een zwarte muur naast het podium vormden. Dus liet hij ze inbouwen in de enorme poten van iets wat in de verte op een soort spin lijkt, maar volgens de zanger geïnspireerd is op de bouwwerken van Gaudí; natuurlijk, zoiets is altijd een goede binnenkomer bij de fans in Barcelona, die trouwens twee avonden het Camp Nou zullen vullen. Dinsdag, de eerste…

Marathon langs monumenten

maraton

Er was een tijd dat ik een beetje hardliep. We waren in topvorm, dronken nog niet zo veel bier en als we als verslaggever bij een groot atletiek- of zwemtoernooi toernooi waren liepen we er met een groepje altijd wat rondjes door een park, de straten of over een atletiekbaan. Vlak voor het WK Atletiek in Rome, 1987, ontdekte ik dat de Vivicittà werd gehouden, een populaire loop van 10 kilometer door de stad, langs zijn mooiste monumenten. De afstand bleek uiteindelijk iets van 12 km te zijn, maar het was meer dan de moeite waard. Door een Rome zonder auto’s renden we vanaf de start in Villa Borghese langs de Spaanse Trappen, de Fontona di Trevi, over het Piazza Navona, langs het paleis van Vittorio Emanuelle en het Coliseum, langs het historische Circo Massimo en via het Vaticaan naar de finish bij het Olympisch Stadion. Een wonderbaarlijke ervaring.

Barcelona heeft nu ook zoiets. De stad heeft sinds ruim 30 jaar zijn marathon, maar die begon altijd in Mataró, een stadje aan de kust, en liep in één rechte saaie lijn langs het strand en het spoor richting Barcelona, waar soms ook nog eens bovenop de Montjuïc moest worden gefinished. Slopend voor de benen en funest voor een goede tijd. Er was voor de lopers niets aan. Dus werd enkele jaren geleden besloten de marathon naar de stad te halen. Sindsdien is het aantal deelnemers sterk gegroeid, ook vanuit het buitenland. Morgen, zondag 1 maart, doen er 9.702 lopers mee. Dat is nog lang geen Rotterdam natuurlijk, maar ze krijgen wel iets anders dan de Erasmusbrug en de kubuswoningen te zien: het parkoers loopt langs het Camp Nou, de huizen Battló en Milà van Gaudí, de onvermijdelijke Sagrada Familia, de moderne Torre Agbar, de Olympische Haven, de Arc de Triomf en over de Rambla richting de finish bij de magische fonteinen van Montjuïc. Een grote winnaar is er bijna nooit, een goede tijd ook niet, maar voor de lopers is het een race vol afleiding. Ik doe niet mee.