Tagarchief: paella

Paella plus albariño aan het homostrand

’t Is weer voorbij. Morgen, 22 september, wacht het dagelijkse werk weer. En wat beter dan de laatste vakantiedag gewoon te ‘vieren’ met de kinderen, met een paella aan het strand, in plaats van alleen maar te treuren. Waar kun je in Sitges een goede ‘arroz’ eten? wordt me vaak gevraagd door collega’s. Arroz is rijst en staat voor alle rijstgerechten: paella maar ook, meer in de winter, een arroz caldoso, waarbij de rijst ‘drijft’ in de visbouillon; die met bogavante, een soort kreeft, is de allerbeste, ook bij de Picnic, waar ik de mensen altijd naar toe stuur. Geen superdeluxe tent, maar een heerlijk restaurant op tien meter van het strand Bassa Rodona, waar honderden homo’s urenlang bruin liggen te bakken en vooral naar elkaar kijken, naar de sixpacks van de jongsten of naar de prominente buiken van de bears; grappig altijd om te zien hoe ‘verdwaalde’ stelletjes of echtparen met kinderen er hun handdoeken spreiden en na een minuut of 10 ontdekken dat er iets ‘vreemds’ is aan dat strand. Sommigen verkassen dan.

Dat uitzicht is bijna gratis. Voor 25-30 euro heb je bij de Picnic een heerlijke paella, een fles wijn, een nagerecht en koffie, plus misschien nog iets vooraf. Weinig goede plaatsen aan zee in Europa bieden je een dergelijk maal voor dit geld; om het over de kwaliteit op sommige peperdure plekken maar niet te hebben.

Op bovenstaande foto verhult een glas albariño het uitzicht waar ik het eerder over had; mijn favoriete wijn bij dit soort gelegenheden, als de zon nog altijd brandt en de vis om deze witte kanjer van de Rias Baixas in Galicië schreeuwt. Daarna een laatste (?) duik in de zee en vanaf morgen gewoon weer een middagmenu ergens in een eenvoudig barretje in Barcelona.

Een paella van de barbecue

P1010650

Hoop dat de paella aan de Herengracht gelukt is! Een vriend kreeg dit Pinksterweekeinde bezoek, en z’n dochter had ‘m bij het laatste reisje naar Spanje een mooie grote paellapan kado gedaan. Tijd dus om ‘m eens in gebruik te nemen. Op zijn verzoek stuurde ik ‘m mijn eigen recept en dacht ik, waarom ga ik ’t zelf niet eens uitvoeren; was al lang geleden, vooral omdat-ie niet altijd even goed lukte.

Probleem van deze paellapan op de foto, met een diameter van zo’n 60 centimeter, dat een pitje van een gasfornuis niet alles even goed verwarmt. Goede tip is om hem in de oven te bakken, maar zo’n diepe oven heb ik ook al niet. Dus eindelijk maar eens gedaan wat hier heel gebruikelijk is: de paella op open vuur of, in dit geval, de barbecue zetten. In nog geen twintig minuten was-ie klaar (op de foto is hij nog in volle bereiding), een paella voor zeven man, met een kilo optimale Valenciaanse rijst, de arroz bomba, een hele korte dikke korrel.

Nou zijn er zoveel paella-recepten als er (thuis)koks zijn, maar laat ik die van mij toch maar rondsturen, geïnspireerd op de wijze raad van Quim Marqués, kok van El Suquet del Almirall in de Barceloneta.

Je maakt een visbouillon naar smaak klaar: eerst de groente (ui, prei, wortel, etc) even in olie aanbakken, dan flink wat rode pommodori (met vel) erbij en even laten intrekken. (De tomaten zijn nodig voor de donkere kleur van de paella, die je krijgt samen met wat saffraandraadjes; in veel restaurants wordt voor de gele kleur een potje smaakloze kleurpoeder gebruikt). Dan de soepvis (krabbetjes, rotsvissen en de graten en kop van bijvoorbeeld de zeeduivel die we later gebruiken)  en het water,  niet veel langer dan 20/30 minuten laten koken. 

Tegelijk kun je een picada voorbereiden: een uitje, teentje knoflook en twee geraspte tomaten een tijdje in olie laten sudderen. (Sommigen gebruiken geen ui, zeggen dat de rijst daar heel zach tvan wordt.)

Is dit allemaal klaar, dan de paella, die van mij zonder kip of konijn, alleen maar vis en schaaldieren. (Het beste is wat gesneden inktvis, die zeeduivel in stukjes, schelpjes, mosselen en garnalen, plus wat reepjes rode paprika. De garnalen kun je eerst in de paellapan even aanbakken, daarna eruit halen.)
 
In je mooie paella-pan even een half uitje bakken en snel de inktvis en paprika erbij. Na 2 minuten de picada erbij doen en de rijst erdoor roeren, zodat-ie met alles doordrenkt is.
 
Dan de hete bouillon eroverheen, plus de rest van de vis/schaaldieren. (meestal is het iets meer water (3 op 1) dan wanneer je gewoon rijst kookt, want er verdampt veel.)

Nadat je het vuur hebt uitgedaan (als-ie bijna droog is) nog even afgedekt laten staan en rest van het vocht laten opnemen. De rijst moet al dente zijn.

Eet smakelijk.

Hollandse pot

eten

Niet alle Nederlanders die ergens in een buitenland zijn gaan wonen zweren hun gewoontes van vroeger af. Er schijnen er zelfs te zijn die het voor elkaar krijgen in Spanje gewoon vóór zeven uur ’s avonds warm te eten. Bij mij thuis is de belangrijkste warme maaltijd tussen twee en drie uur ’s middags. Zelf ben ik er bijna nooit, dus maak ik ’s morgens het eten voor de kinderen klaar en kunnen ze aan tafel (of aan het bureau met computer, of op bed, of op de grond…) zodra ze uit school komen. Nou had ik natuurlijk een foto kunnen maken van een paella, of een heerlijk stukje vis, of de eenvoudige arroz a la cubana maar juist déze, van vanochtend, vind ik zo grappig omdat mijn kinderen bijna niets hebben met Nederland. Ze zijn, 18 en 16 jaar geleden, in Barcelona geboren en kennen het land van hun vader van slechts sporadische bezoekjes. Toch willen ze graag één keer per twee weken, ongeveer, een bord met aardappelpuree, boontjes of spinazie en een stukje vlees, dit keer – stom toeval – een heuse gehaktbal… Met natuurlijk een flinke sloot jus erbij.

Boter is eigenlijk uit den boze wanneer je altijd met olijfolie kunt koken, maar kinderen blijken de smaak ervan op de één of andere manier toch lekker te vinden. Dus eten ze de vis niet alleen van de grill of uit de oven (meestal een dorada of lubina, een zeebaars), maar soms ook merluza (heek) in een botersausje. Vis trouwens die hen denk ik opvallend gezond houdt, want ziek zijn ze bijna nooit, al eten ze nauwelijks groente of fruit. Maar twee of drie keer per week een héél erg vers visje – nóóit gefrituurd – doet ook wonderen, blijkt.

Eet smakelijk.