Vanaf deze week in de winkel: nóg een kadootje voor zowel Spaanse als Catalaanse vrienden, als ze La Cena / El Sopar van Herman Koch al uit hebben, ze van voetbal houden én interesse hebben in onze eeuwige strijd met de talen, zowel het Nederlands als het Spaans, in dit geval. Want van de vijf hoofdstukken met 150 zinnen die ik voor de uitgeverijen Cossetànie en Lectio over Johan Cruijff heb geschreven in Escuchando a Cruyff / Escoltant Cruyff is natuurlijk één deel gewijd aan de zowel Nederlandse als Spaanse taalvondsten van de man die ook deze week weer, vooral bij Ajax, het nieuws blijft bezighouden. Van de vertalingen in het Spaans en Catalaans van Hollandse klassiekers als ‘elk nadeel heb zijn voordeel’, ‘utopieën wie nooit gebeuren’ en ‘die verdediging was een geitenkaas’ (ja, ik heb vaak de Spanjaarden moeten zeggen dat Johan in het Nederlands ook niet feilloos was) heb ik natuurlijk ook zijn Spaanse hoogtepunten verzameld, zinnen die de meeste van de Spanje-gangers wel kennen, denk ik. Ik noem niet alleen de zin, maar kom ook met een uitgebreide ‘taalkundige analyse’, in dit geval, of met talloze anecdotes en details uit Cruijff’s leven en carrière.
Een paar voorbeelden van dat Cruijffiaanse Spaans: “Ha escuchado las campanas del reloj, pero no sabe qué hora es.” (Hij heeft de klok horen luiden, maar weet niet hoe laat het is.) Halverwege de zin kwam Johan erachter dat hij echt niet wist wat klepel in het Spaans was (ik wist het ook niet, het is badajo), dus kwam hij met deze variant.
Un paloma no hace verano. De beroemde mannelijke duif die nog geen zomer maakt. Cruijff wist niet dat dat een golondrina (zwaluw) moest zijn.
Gallina de piel. Vellekip in plaats van kippevel. Zo ingeburgerd dat je op google inmiddels 320.000 hits krijgt.
En un momento dado. Niet fout, wel heel Cruijffs. Net als de eeuwige: Este es uno. Dít is één (een versimpeling van ‘in de eerste plaats’)… maar er volgde nooit een twee.
En een hele mooie, tot slot: En el mundo de los ciegos el tuerto esel rey, pero sigue siendo tuerto. Ofwel: in het land van de blinden is eenoog koning, maar het blijft wel een eenoog.
Het boek gaat natuurlijk niet alleen over die taalvondsten, maar ook over Cruijff’s genialiteiten op voetbalgebied, over zijn familie, het geld, het roken, etcetera, met een heleboel anecdotes en verhalen die, heb ik al gemerkt, veel Spanjaarden en Catalanen (nog) niet kenden.
Volgende week presenteren we het boek aan de pers, samen met schrijver Sergi Pàmies, die in 2002 het laatste Cruijff-boek in Spanje schreef. Johan zelf, die niet bij het schrijven betrokken is geweest maar ons wel toestemming gaf zijn foto voor de cover te gebruiken, is ook uitgenodigd, maar houdt niet zo van presentaties.