Een treurige nationale feestdag

11-setembre-1714

Vreemde feestdag altijd, de Diada, de nationale feestdag van Catalonië, op 11 september (die trouwens pas sinds 1980 wordt gevierd). Een vreemde dag omdat er een nederlaag wordt herdacht, de val van Barcelona in 1714, en daarmee het einde van de Catalaanse rechten. Een beetje typisch Catalaans ook, om een treurige nederlaag te herdenken. Het is ook nooit een vrolijke feestdag, de Diada, altijd volgepropt met politiek, spanningen, fluitconcerten. Een strijd om wie er nou meer of minder Catalaans is. Geen echt volksfeest ook. Ik zou voorstellen Sant Jordi, op 23 april, tot nationale feestdag uit te roepen, want daar word je gewoon vrolijk van. Van de Diada niet. Weinig mensen die de straat opgaan om iets te vieren. Gewoon een mooie dag om nog eens naar het strand te gaan. En tot overmaat van ramp werd 11 september in 2001 ook nog eens wereldberoemd, maar niet door de Catalanen, maar door wat moslim-terroristen.

Voor wie een beetje van die Catalaanse geschiedenis in 1714 wil weten en niet een halve encyclopedie wil doorlezen, bij deze een fragment uit mijn boek, Het Barcelona-gevoel, over de Successie-oorlog van bijna drie eeuwen geleden en de oorsprong van de Diada.

De Vrede van Münster maakte in 1648 een einde aan de Tachtigjare Oorlog. Ook de Catalanen haalden daardoor opgelucht adem. Sinds 1618 hadden zij last gehad van een andere oorlog, de Dertigjarige tussen Spanje en Frankrijk, die vaak Catalonië als strijdtoneel aan beide kanten van de Pyreneeën gebruikten en op dezelfde dag werd beëindigd. In 1640 waren de Catalanen alle bemoeienissen van buiten zat en landbouwers uit Girona begonnen een opstand, de Oorlog van de Maaiers (la Guerra dels Segadors; dat laatste woord is nog altijd de naam van het volkslied van Catalonië), die leidde tot de onthoofding van een Spaanse onderkoning op het strand van Barcelona en het uitroepen van de Catalaanse republiek, die vooral op de steun van de Fransen vertrouwde. Maar die grootmacht maakte al snel een einde aan bepaalde voorrechten van de Catalanen, die diep teleurgesteld raakten in de Franse ‘bezetter’. In het verdrag van Münster wist Catalonië wel zijn rechten te behouden en de officiële afgevaardigde, Josep Fontanella, keerde uit de Duitse stad terug met een boodschap: ‘Wij zouden ons aan de Nederlanders moeten spiegelen.’ Hij vond het bewonderenswaardig hoe een ander klein volk zich jarenlang zo dapper verweerd had tegen de Spanjaarden en uiteindelijk als één van de overwinnaars uit de strijd en de vredesonderhandelingen was gekomen.

senyera

Niettemin zouden de Catalanen zich de volgende eeuw behoorlijk bedrogen voelen door de Nederlanders én de Engelsen. Catalaanse schepen hadden de beide grootmachten van de zee bijgestaan om in 1704 Gibraltar op de Spanjaarden te veroveren. Op dat moment was de Spaanse Successie-oorlog aan de gang, waarin Europa’s twee grootste koningshuizen, de Bourbons uit Frankrijk en de Habsburgs uit Oostenrijk, om de vacante Spaanse troon streden. Nederland, Engeland en andere kleine staten, waaronder Catalonië, Portugal, Savoye en Pruisen, steunden de Oostenrijkse aartshertogen in hun aspiraties, want zij vreesden een te grote Spaans-Franse macht van Filips de Anjou, die als Filips V troonpretendent van de Bourbons was. In 1705 sloten de Catalanen in Genua een pact met Engelsen en Nederlanders waarin hen werd beloofd dat zij een eigen staat zouden behouden, die zelfs door een flink regiment van Engels-Nederlands-Oostenrijkse troepen verdedigd zou worden.

 De dood van de Oostenrijkse aartshertog Jozef I in 1711 en diens opvolging door Karel VI, die tot dan toe in Barcelona gezeteld was om daar de Bourbon Filips V buiten de deur te houden, zorgde echter voor een totale ommekeer in de houding van Engelsen en Nederlanders, die nu ineens de Oostenrijkse macht wilden beperken en er geen probleem mee hadden Spanje aan de Bourbons te schenken. Toen in 1713 de Vrede van Utrecht werd gesloten en alle kemphanen Europese en overzeese gebieden verdeelden, met Engeland als de grootste winnaar – die dag werd onder anderen Gibraltar definitief een Engelse kroonkolonie -, dachten de Catalanen nog altijd dat zij als eigen staat zouden blijven bestaan, door die grote Europese alliantie beschermd tegen de ongetwijfeld boze bedoelingen van Filips V om van het Iberisch schiereiland een volledig Spaanse eenheid te maken. In het geheim was echter al afgesproken dat de nieuwe koning van Spanje geen strobreed in de weg zou worden gelegd als hij Catalonië bij zijn rijk wilde voegen. rafael_casanova_4In 1713 en 1714 belegerde een gezamenlijke Frans-Spaanse troepenmacht van, op het hoogtepunt van het offensief, 40.000 soldaten 18 maanden lang de stad Barcelona, waar zo’n 5.500 Catalaanse mannen onder leiding van Antoni de Villarroel en Rafael de Casanova (bij zijn monument in Barcelona wordt altijd op 11 september door de politieke leiders én voetbalclubs als FC Barcelona en Espanyol een bloemenkrans gelegd) heroïsch verzet boden. De Engelsen, Nederlanders en Oostenrijkers waren allang vertrokken. Ruim 30.000 bommen die onophoudelijk op de stad vielen vernietigden éénderde van Barcelona en op 11 september 1714 viel de stad in handen van de vijand. Die dag hield de souvereine natie Catalonië voorgoed op te bestaan. De eigen wetten werden nietig verklaard en uitingen van Catalaanse taal en cultuur verboden. Bijna drie eeuwen na de zege van Filips V zijn de Bourbons nog altijd de koninklijke familie van Spanje.

Plaats een reactie