Het was 1983. Tijdens mijn stage bij Het Vrije Volk schreef ik een grote reportage (het zou één van mijn eindexamenstukken worden) over de vliegtuigen vol Spaanse meisjes die naar Nederland kwamen (of naar Londen gingen) om te aborteren. We maakten het toen van dichtbij mee, vingen een vriendin op uit l’Hospitalet, net in de 20, een ongewenste zwangerschap waar je in Spanje op geen enkele verantwoorde manier een einde aan kon maken. We vergezelden haar tot de trappen van een kliniek aan de Amsterdamse Sarphatistraat, waar ze dezelfde meisjes tegenkwam die naast haar in het vliegtuig hadden gezeten. Ze keken bang, alsof ze op heterdaad betrapt konden worden.
Twee jaar later, in 1985, werd abortus in Spanje gelegaliseerd, onder drie voorwaarden: zwangerschap als gevolg van verkrachting, misvormd foetus en ernstig risico voor de fysieke of psychische gezondheid van de vrouw. Vooral die laatste voorwaarde kon wel erg eenvoudig worden toegepast, wat er de laatste jaren toe heeft geleid dat de aborterende vrouwen juist de omgekeerde weg van die in 1983 aflegden: Nederlandse vrouwen kwamen naar Spanje omdat je hier, ‘in pyschische nood’, nog tot de 22ste week van zwangerschap kon aborteren, en soms werd ook dát nog opgerekt door, dat wel weer, gynaecologen die hun boekje te buiten gingen. (Eén beroemde uit Barcelona, twee jaar terug gearresteerd, wacht nog altijd op de rechtszaak.)
Die wet moest eens worden geactualiseerd, vond het kabinet, dat wegens de Wet op Gelijkheid voor de helft uit (jonge, leuke, vlotte, moderne) vrouwen bestaat – op de foto vier van hen, o.a. de minister van Gelijkheid – om een duidelijke termijn aan de abortus te stellen én om tegelijkertijd meisjes van 16 en 17 jaar in gelegenheid te stellen de aborteren en tienermoeders te voorkomen.
Zoiets gaat in het voor de helft nog oer-katholieke Spanje niet zonder slag of stoot. Bisschoppen en de PP organiseerden massademonstraties vóór het gezin en tégen de ‘kindermoord’, maar gisteren overwon de wet uiteindelijk de laatste drempel, die in de senaat. ‘Het feest van de dood’, kopt vandaag de katholieke ABC boven de foto van vrolijke vrouwelijke ministers. ‘Een wanvertoning,’ staat er even verderop.
Trouwens, via Google op zoek naar beelden van anti-abortus posters werd ik al direkt onwel: foto’s met heel veel bloed (de rest zal ik mijn lezers besparen) blijkt het favoriete argument van de conservatieven om de abortus te bestrijden.