Zo, dat hakt erin. Het Spaanse ministerie van Toerisme maakte vandaag de (maandelijkse) cijfers bekend van de buitenlandse toeristen die tot en met juli naar Spanje zijn gekomen. De verwachte teruggang zet door, al trok het in juli iets aan: de 6,6 miljoen toeristen die hier in één maand kwamen (ter vergelijking: in Nederland komen er 11 miljoen in een heel jaar) waren 6,1% minder dan in dezelfde maand vorig jaar. Over de hele periode januari-juli is de terugloop groter: 10,3%.
Maar wat het meest opvalt van de maand juli is de herkomst van die toeristen. OK, minder Britten (-16,1%), zoals verwacht, door o.a. de dure euro. Minder Duitsers ook, maar die -5,4% valt mee. Méér Fransen (+8,1%), die misschien hun eigen land ontvluchten omdat er in de zomer zoveel Nederlanders rondlopen. Minder Belgen, maar ook die 5,6% is te overzien. Maar dan de Nederlanders: in juli kwamen er 317.817 naar Spanje (geen idee hoe ze dat zo exact berekenen, maar het zal wel bij benadering zijn), en dat waren er 22,5% minder dan in juli vorig jaar. Bijna een kwart minder! Gaan we ineens zó weinig op vakantie? Of zijn we Spanje zat?
Ik heb er een mogelijke uitleg voor: toen ik laatst op reportage was in Salou, vertelden de Nederlandse bareigenaren me dat ze vooral in afwachting waren van de toeristen uit Zuid-Nederland. Daar begon de vakantie pas heel laat dit jaar (eind juli), en de zachte g gaat massaler op vakantie dan de mensen uit het noorden en midden. Ze zorgt ook voor meer omzet, omdat ze sinds carnaval droog heeft gestaan. Dus misschien trekken die cijfers in augustus wat aan. Aan de andere kant: het redelijk mooie weer in Noordwest-Europa drijft ook minder mensen last minute naar het zuiden.
De Hollanders laten het ook afweten op de camping, vertelde de eigenaar van het mooie Vilanova Park me gisteren. Alsof ze allemaal op campings in eigen land zijn gebleven of onderweg in Frankrijk zijn blijven hangen, of naar Duitsland zijn uitgeweken, waar de campings deze zomer, net als in Groot-Brittannië trouwens, overvol zitten.