
Horta de Sant Joan is het einde van Catalonië, diep in het zuidwesten. Mijn zwager komt er vandaan, ik ben er regelmatig geweest en heb er vooral genoten van Els Ports, de indrukwekkende bergen in de omgeving, een prachtig natuurgebied op de grens met de provincie Teruel. Rafa, die zwager, kent het gebied op zijn duimpje, dus zijn we er op de best verborgen plaatsen geweest. Er wonen nog geen 1.200 mensen, die in twee maanden tijd slachtoffer lijken te zijn geweest van twee van God’s plagen.
Eind juli werd het dorp drie dagen lang bedreigd door bosbranden; vijf brandweerlieden kwamen bij het blussen om het leven. En gisteren regende het nergens zo hard en zo veel als in Horta en omgeving. In de verbrande en dus door erosie gevoelige bossen viel binnen een uur tijd 105 mm regen, in Horta zelf bleef de teller op 74 mm steken. (In en rond Barcelona viel het uiteindelijk reuze mee; één hevige onweersbui met niet meer dan 10 mm neerslag.) Toch is het verder nietszeggende Horta niet zo’n dorpje dat alleen maar bekend wordt op dit soort min of meer tragische momenten.
Kijk naar de website van Horta de Sant Joan, dat vroeger Horta/Orta del Ebro heette, en je ziet rechtsboven een zin, in drie talen, van Pablo Picasso. “Alles wat ik weet heb ik in Horta geleerd,” is een uitspraak van de beroemdste Spaanse schilder uit de geschiedenis. Picasso, oorspronkelijk uit Málaga, verbleef er twee keer een langere periode, in de boerderij Tafetans van zijn goede vriend Manuel Pallarès.
De eerste keer was acht maanden lang in 1898, toen Picasso net 17 was, en tijdens de zomerhitte met vriend Manuel woonde hij wekenlang in de bossen en bergen. Ze sliepen er in een grot, hij leerde er het platteland en zijn mensen schilderen en zou er volgens zijn biografen een amoureuze ervaring met een zigeuner-herder hebben gehad. Die puberale mannenliefde bleek tijdelijk; Picasso zou later, vooral in Parijs, een enorme womanizer worden.
Nu doe je er al lang over om vanuit Barcelona in Horta te komen (al is de weg via Reus en Falset enkele jaren terug sterk verbeterd), maar eind 19e eeuw was het een tocht van meer dan een dag: met de trein naar Tortosa en vandaar op ezel en wagen langs de Ebro en door een steeds smaller wordend ravijn naar dit einde van de wereld. (Anno 2009 moet je nog steeds een hele dag uittrekken om er met openbaar vervoer te komen.)

In 1910 keerde een inmiddels beroemd geworden Picasso terug naar Horta. Zijn schilderstijl was veranderd, hij zat volop in het kubisme, zoals op het schilderij van de huizen van Horta te zien is. Omdat dat tweede verblijf bijna een eeuw geleden is geweest, opent het Centre Picasso d’Orta, het kleine museum dat Horta aan de artiest wijdt, morgen een expositie over ‘Picasso: amics catalans de joventut’, ofwel zijn Catalaanse vrienden uit de jeugd. Een mooi excuus om het verre Horta eens te ontdekken, mits het niet in brand staat of er stortegens vallen.
Vind ik leuk:
Like Laden...