Voor het eerst niet erg gevonden een beetje veraf te zitten bij een concert. Is de enige manier om The Wall van Roger Waters, gisteren en ook nog vanavond in het Palau Sant Jordi, in al zijn megalomane grootsheid te kunnen aanschouwen. De golf van geluid rolt toch wel over je heen, waar je ook zit, en bij dit ongelooflijke spektakel is het niet nodig de muzikanten te zien, noch Waters zelf, onopvallend in een zwart t-shirt gekleed. Hier gaat het om de langzame opbouw van de witte muur van Pink Floyd waar wij, die van mijn generatie, in 1979 betoverd naar luisterden, 10 jaar voordat de échte muur zou vallen. En de prachtige projecties op die muur, soms lekker idealistisch en demagogisch, maar vind ’t wel mooi als een zestigplusser zijn idealen van vroeger nog bewaart en uitspreekt. En heel veel is er toch niet veranderd, in 30 jaar.
Jeroen, een trouwe lezer van dit blog, was gisteravond tegen twaalf uur overdonderd, zo sms’te hij. Hij was niet de enige. Natuurlijk genoten we van Another brick in the wall en Comfortably Numb (dat laatste was onze gemoedstoestand, ongeveer, toen we na middernacht wegreden), maar de opmars naar de finale mocht er ook zijn; en toen waren we met 20.000 dertig-plussers die tien minuten gefascineerd naar een ‘tekenfilm’ zaten te kijken. Bij deze een mooie opname uit Chicago, voor wie 10 minuten van zijn tijd er voor over heeft. Maar beleven zoals wij kun je het alleen live: er schijnen nog kaarten voor vanavond te zijn. En binnenkort is hij in Nederland, natuurlijk.