Op zoek naar boer Martin in het hart van Galicië

verfondern3 verfondern verdondern6 (c)faro de vigoRuim vier jaar na zijn mysterieuze verdwijning is de zaak rond de Nederlandse boer Martin Verfondern door puur toeval in een stroomversnelling geraakt. Vorige week werd zijn auto gevonden, goed verstopt en half verbrand in de bossen op nog geen 15 kilometer van zijn boerderij. Deze zaterdag werden ook menselijke resten in een omtrek van 100 meter gevonden, plus de deels verbrande laptop van Martin en een mobiele telefoon die niet van hem is en mogelijk naar de vermoedelijke moordenaar kan leiden. Want daar gaat de politie nu zeker van uit: dit was geen vrijwillige verdwijning, maar moord door iemand die de omgeving heel goed kende en de auto via berg- en landweggetjes naar een berg leidde waar nooit iemand komt. Een bosbrand, vorige week, en een inspectie vanuit een helicopter door agenten van de Guardia Civil brachten de grote terreinwagen aan het licht, half verborgen onder het struikgewas. Hieronder het verhaal van begin 2010, over hoe het ideaal van Martin, uit Krommenie, en zijn van oorsprong Duitse vrouw Margo – die op de dag van Martins verdwijnen op familiebezoek in Duitsland was – een vermoedelijk gewelddadig einde beleefde.

Op 19 januari geleden verdween Martin Verfondern van de groene aardbodem in de provincie Ourense, in het noordwesten van Spanje. De Nederlander was met zijn grote, oude terreinwagen op weg naar zijn boerderij, waar hij nooit arriveerde. Een ongeluk? Slachtoffer van een misdrijf? Een uit de hand gelopen burenruzie? Martin noch zijn auto zijn ondanks speuracties met helicopters en duikers gevonden. Vanuit de boerderij gaat zijn echtgenote Margo Pool bijna elke dag nog naar hem op zoek.

De weg is zo’n 10 kilometer lang, behoorlijk bochtig nadat hij het hoogste punt van de heuvel heeft bereikt, met rechts de steile afgrond richting de vallei. ,,Iedereen zegt: zo’n grote auto moet sporen hebben nagelaten. Maar dat hoeft niet, de brem richt zich gelijk weer op. Er zijn nog genoeg plekken, diep in het ravijn, die je vanuit een helicopter niet kunt zien en waar hij zou kunnen liggen”, zegt Margo Pool.

Hij, dat is Martin Verfondern, haar man. Met zijn Ford Bronco  Chevrolet Blazer, de door 20 jaar ouderdom geteisterde terreinwagen. Na een maand vruchteloos speuren met alle mogelijke middelen heeft de Spaanse politie het vrijwel opgegeven. El holandés is spoorloos verdwenen. Margo accepteert inmiddels dat hij wel ‘ergens dood in de bergen’ zal liggen, maar wil zekerheid. “Als er even tijd is, ga ik op zoek, op plaatsen waar niemand misschien nog gekeken heeft.”

Moeilijk begaanbare plaatsen, dichtbegroeide bergwanden rond Santoalla, in het hart van Galicië, één van die vele gaten die het einde van de wereld kunnen zijn. Santoalla, of Santa Eulalia, ligt aan het einde van een doodlopende weg. Margo en Martin ontdekten het in 1998, hoorden dat er een huis te koop stond en besloten definitief te vertrekken uit Krommenie.

Van de 40 huizen in Santoalla verkeren er 38 in staat van ruïne. Het enige andere bewoonde huis is van het bejaarde echtpaar Rodríguez en hun geestelijk gehandicapte zoon. Zij praten al acht jaar niet met de Nederlandse buren, sinds die een rechtszaak aanspanden om toestemming te krijgen de Monte Comunal, de ‘gemeenschappelijke berg’, mede te exploiteren. Het hout van de bomen is veel geld waard. De rechter gaf Verfondern en Pool gelijk, maar de buren zijn in hoger beroep gegaan.

Martin en Manuel Rodríguez hebben wel eens fysieke aanvaringen gehad. Martin brak een vinger, Manuel moest eens 35 dagen rust houden. De zoon van Manuel riep wel eens dat hij zijn geweer ging pakken. Zijn de rivalen elkaar die 19e januari op de smalle weg tegengekomen? Vooralsnog heeft de Guardia Civil de familie Rodríguez niet als verdachten op het oog. “Ik kan me ook niet voorstellen dat ze hem om zoiets zouden vermoorden,” zegt Margo. “Maar ja, in een dorp verderop is eens iemand zijn arm afgehakt met een sikkel, ook een burenruzie.”

Het Nederlandse stel leek nooit echt welkom in het archaïsche dorpje waar de tijd heeft stilgestaan. En helemaal niet sinds er regelmatig vrijwilligers komen om op de biologische boerderij te helpen, al zijn dat er hooguit vier per keer. De boerderij, met de ironische oer-Hollandse naam Ammehula (de Spaanse u spreek je als oe uit), is aangesloten bij de WWOOF, een wereldwijde organisatie die verblijven op biologische boerderijen aanbiedt. “Hier komen studenten, backpcakers uit de Verenigde Staten, maar ook artsen en advocaten om gedurende enkele weken te helpen en deze leefwijze te ontdekken,” zegt Margo.

Eén van die vrijwilligers was het die op 19 januari alarm sloeg, terwijl Margo zelf in Duitsland verbleef om een zieke oom van Martin te verzorgen. Martin was ‘s morgens boodschappen gaan doen bij de Lidl in O Barco, het hoofdplaatsje van de streek, 25 kilometer verderop. Op de terugweg stapte hij even het internetcafé van A Rúa in, maar de verbinding was er te slecht om de geplande mails te versturen. Om 13.20 werd hij nog in zijn auto op de enige rotonde van A Rúa gezien, en even later op het centrale plein van Petín, aan de overkant van het stuwmeer van Santiago. Daarvandaan was het nog 13 kilometer naar huis.

Margo vloog direkt naar Spanje toen ze hoorde dat haar Martin nooit was gearriveerd. Sindsdien heeft ze veel kunnen nadenken over wat er gebeurd kan zijn. “Ik ga uit van een ongeluk, maar dan had eigenlijk de wagen allang gevonden moeten zijn.” Natuurlijk heeft de politie haar gevraagd of Martin niet uit vrije wil is verdwenen, maar volgens Margo Pool is er helemaal niets dat er op wijst. “We hebben een goed huwelijk, in de eerste plaats. Verder had Martin net de hele wagen leeggehaald om die met hout te kunnen laden, hij had geen reserveband, geen olie, niets bij zich. En er is nooit geld van de rekening gehaald.”

Wel had Martin, die op 28 januari, negen dagen na zijn verdwijning, 51 jaar werd, behalve de boodschappen een laptop en een kleine digitale camera bij zich. Beroofd? Margo weet het niet, maar de doodstille weg van Petín naar Santolla is niet bepaald een roversnest. “Maar ja, in de hele wereld zijn slechte mensen.” Ze klinkt sterk, maar af en toe moeat ze huilen. Tranen helpen niet, zegt ze dan, om snel weer in de bossen op zoek te gaan. (AD / Edwin Winkels, 27/2/2010)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s