Kapper Esteban Criado uit l’Hospitalet de Llobregat (ik ken ‘m niet, mijn kapper in die vijf jaar dat ik daar woonde was de gekke Julio, die ik later nog eens als nachtwacht in een parkeergarage tegenkwam) kreeg enkele maanden terug bezoek van een inspecteur van de SGAE (Sociedad General de Autores), zeg maar de Spaanse versie van de Buma-Stemra, de mensen die over de auteursrechten van artiesten (vooral muzikanten) waken. Criado had, zoals bijna elke kapper, de radio aan staan. Dat zou hem een rechtszaak kosten, dreigde de inspecteur, of hij moest per direkt een maandelijks bedrag van 12 euro aan de SGAE overmaken, dan zou die bond niet naar justitie stappen.
Pardon? vroeg Esteban, die al een beetje boos werd, want inspecteurs komen nooit op een bijzonder aardige manier ergens binnen. De uitleg: de kapper had de radio aan staan, en op die radio worden plaatjes gedraaid, onder anderen van de Spaanse artiesten wiens belangen door de SGAE worden behartigd. De radio is bedoeld voor thuis, of in de auto, of in de trein met oortjes in, of zelfs op de bouw, maar dat laatste is misschien al een twijfelgeval, want dan kunnen er meer mensen meeluisteren. Want dat is het probleem: de kapper had muziek opstaan (het had ook een CD-speler kunnen zijn) en die muziek was mede een argument om klanten te trekken. Dus hij verdiende indirect geld aan die muziek. Rechten betalen, dus!
Na de eerste verbijstering besloot Esteban maar te betalen. Inmiddels hebben verschillende kappers al bezoek van een inspecteur gehad. Niemand heeft hem nog de deur uitgeslagen, schijnt. De kappers antwoorden maar met een ironische poster: neem je eigen muziek mee, is de boodschap.